Welkom bij Huisartsenpraktijk Alkerstraat 28

Bij wie wordt een uitstrijkje gemaakt?

 

In Vlaanderen wordt aanbevolen dat alle vrouwen van 25 tot 64 jaar zich om de drie jaar laten screenen met een uitstrijkje.

  • De eerste keer wordt het uitstrijkje herhaald na één jaar.
  • Na 65 jaar mag worden gestopt met screenen wanneer men over twee opeenvolgende negatieve uitstrijkjes beschikt.

Zij kunnen hiervoor terecht bij de huisarts of de gynaecoloog.

 

Klachten van tussentijds bloedverlies, bloederige afscheiding of bloedverlies na gemeenschap (samenleving) kunnen een reden zijn om een extra uitstrijkje te maken, ook op jongere of oudere leeftijd.

Vrouwen met HIV lopen een hoger risico op een kwaadaardige evolutie van de cellen en dus op kanker, en moeten minstens jaarlijks een uitstrijkje krijgen.

 

Soms zal je huisarts voorstellen om het volgende uitstrijkje vroeger te doen. Dat is nodig als er afwijkingen zijn of als het uitstrijkje moeilijk te beoordelen was.
Als bij herhaling kleine afwijkingen worden vastgesteld, of als er belangrijke afwijkingen zijn, dan zal je huisarts je doorverwijzen naar een gynaecoloog voor verder onderzoek met colcoscopie waarbij de baarmoedermond met een sterk vergrotende loep (colposcoop) wordt bekeken. Zo nodig kan de arts een stukje weefsel wegnemen (biopsie).

 

Wanneer is een uitstrijkje niet aangeraden?

 

  • Na totale hysterectomie (wegname van de baarmoeder) voor goedaardige aandoeningen worden geen screeningsuitstrijkjes meer afgenomen. Bij hysterectomie omwille van kwaadaardige cellen, wordt geval per geval bekeken of een screening nodig is.
  • Wanneer verdachte afwijkingen van het slijmvlies van de baarmoederhals worden vastgsteld, wordt geen uitstrijkje gedaan, maar zal de arts verwijzen naar een gynaecoloog voor een biopsie onder colposcopische controle.

 

Het uitstrijkje wordt uitgesteld:

  • Bij menstruatie of dervings- of doorbraakbloedingen;
  • In geval van vaginale ontsteking of infectie
  • Tijdens zwangerschap en borstvoeding: de screening wordt uitgesteld tot zes maanden na de zwangerschap of borstvoeding.
  • Bij recent gebruik van ontsmettingscrème of -vloeistof, glijmiddel, vaginale medicatie (minder dan 48 uren voordien), vaginale douche (minder dan 24 uren voordien), voorafgaande colposcopie met azijnzuur (minder dan 24 uren vooraf).
  • Ingeval het vorige uitstrijkje minder dan drie maanden geleden heeft plaatsgevonden.
  • Wanneer cervixchirurgie minder dan drie maanden geleden heeft plaatsgevonden: reparatieve veranderingen aanleiding kunnen geven tot vals-positieve resultaten.
  • Bij radiotherapie

 

Hoe wordt een uitstrijkje gemaakt?

 

U neemt u plaats op een onderzoekstoel met uw benen gespreid. De arts brengt een speculum (eendenbek) in de schede (vagina) in. Hierna wordt het speculum geopend. Zo wordt de baarmoederhals - het onderste deel van de baarmoeder - zichtbaar.
Er is meer dan één manier waarop de arts cellen van de baarmoederhals kan weghalen. Het kan onder andere met een houten spatel of een speciaal borsteltje. Als het uitstrijkje klaar is, wordt het met de microscoop onderzocht om eventuele vroegtijdige afwijkingen op te sporen.

 

Wat voelt u bij het maken van een uitstrijkje?


Over het algemeen is het maken van een uitstrijkje niet pijnlijk, maar het inbrengen van het speculum en het afnemen van de cellen kan wel kortdurend een onaangenaam gevoel geven. Soms bloedt de baarmoederhals na het maken van het uitstrijkje. Dit kan geen kwaad. Het bloedverlies stopt meestal binnen een dag.


Een volle blaas of darm geeft soms een vervelend gevoel. Als het speculum geopend wordt, drukt het tegen de blaas en darm aan. Het is daarom verstandig eerst naar het toilet te gaan.


Het is belangrijk dat u de tijd vraagt en krijgt om uzelf en de spieren rond de schede zoveel mogelijk te ontspannen.

 

Wat betekent een afwijkend uitstrijkje?

 

Een afwijkend resultaat betekent dat in uw uitstrijkje enkele afwijkende baarmoederhalscellen zijn aangetroffen.
Meestal zijn dit milde veranderingen en wil dit niet zeggen dat u kanker heeft. Het is echter wel een waarschuwingsteken dat zorgvuldige vervolgcontroles nodig zijn.
Vervolgcontrole van een afwijkend uitstrijkje kan inhouden dat een herhalingsuitstrijkje of een nauwkeuriger onderzoek van de baarmoederhals nodig is.
Afwijkende baarmoederhalscellen die niet vanzelf verdwijnen of ernstig afwijkend zijn, moeten worden verwijderd om de kans dat zich baarmoederhalskanker ontwikkelt, te verlagen.

 

Hoe vaak komen afwijkende uitstrijkjes voor?


Van elke 100 vrouwen zonder klachten die bij het bevolkingsonderzoek een uitstrijkje laten maken, is bij 5 tot 7 het uitstrijkje afwijkend. Bij heel lichte afwijkingen van het uitstrijkje is er 10% kans op een voorstadium van baarmoederhalskanker. Naarmate het uitstrijkje meer afwijkend is, neemt deze kans toe. Zo is de kans op een voorstadium van baarmoederhalskanker bij een uitstrijkje met ernstige afwijkingen ongeveer 90%.

 

Betekent een normaal uitstrijkje dat er geen reden is voor verder onderzoek?


Bij een normale uitslag kunt u gerust drie jaar wachten tot het volgende screeningsonderzoek. Maar als er klachten zijn van bloedverlies tussen de menstruaties of van bloedverlies tijdens of na seks is het verstandig naar je huisarts te gaan. Deze beoordeelt of het zinvol is een extra uitstrijkje te maken of onderzoek naar een ontsteking te doen.

Onze artsen

  • Dr. Hilde Bollen
doctor

Dr. Bollen Hilde

agenda Boek een afspraak

agenda Groepspraktijk

  • Dr. Bea Strouwen
doctor

Dr. Strouwen Bea

agenda Boek een afspraak

agenda Afspraken voor kinderen

agenda Groepspraktijk

  • Dr. Els Buntinx
doctor

Dr. Buntinx Els

agenda Boek een afspraak

agenda Groepspraktijk

  • Dr. Bart Wims
doctor

Dr. Wilms Bart

agenda Boek een afspraak

agenda Groepspraktijk